donderdag, 26 oktober 2012

Uit het boek der psalmen
106, 48


Geprezen zij de Heer, de God van Israël,
van eeuwigheid tot eeuwigheid.
Laat het hele volk antwoorden: ‘Amen!’
Alleluia !

4 opmerkingen:

  1. wat een moeilijk citaat : de tijd dat het ganse volk naar de kerk kwam en Alleluja zong is lang voorbij

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ik denk dat we dit psalmvers dan ook mogen zien als een droom, een verlangen, meer zelfs: een visioen.
    Een gelovige leeft met de realiteit, maar tevens met het visioen. De realiteit leert ons wat is, het visioen leert ons hoe het kan zijn, wat de bedoeling is, het houdt ons geweten wakker te werken aan die droom; Gods droom met de mensheid.
    Misschien mogen we het vers ook wel lezen als een visioen van de hemel...

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Bij dit citaat dacht aan de woorden;'Hemel én aarde zijn vol van Uw heerlijkheid'en :'Van zonsopgang tot zonsondergang zal ieder de Naam van de Heer aanbidden'.
    We kunnen God prijzen ,loven ,danken,elke dag elk uur van ons leven,daarvoor moeten we niet in de Kerk zitten.
    En heel het volk zal daarop antwoorden:'Ja zo is het 'of 'Amen'.

    Want Hij is de Schepper en de Verlosser,laat heel het volk van eeuwigheid tot eeuwigheid Hem prijzen.Amen.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Laten wij onze toevlucht zoeken bij die vaderlijke liefde die ons
    door Christus verkondigd is in zijn hele Messiaanse activiteit en die haar
    hoogtepunt heeft bereikt in het kruis, de dood en zijn verrijzenis!
    Laten wij door Christus onze toevlucht zoeken bij God, gedachtig de woorden van
    het Magnificat, het loflied van Maria, die barmhartigheid verkondigen “van
    geslacht tot geslacht.” Laten wij de goddelijke barmhartigheid afsmeken
    voor de mensen van onze eeuw.... Laten we onze smeekbeden opheffen, geleid
    door het geloof, de hoop en de liefde, die Christus in ons hart geplant
    heeft.

    Z. Johannes Paulus II

    BeantwoordenVerwijderen