maandag, 24 maart 2014

Uit het boek der psalmen
84, 2-3


Hoe lieflijk is uw woning,
Heer van de hemelse machten.
Van verlangen smacht mijn ziel
naar de voorhoven van de Heer.
Mijn hart en mijn lijf roepen
om de levende God.

3 opmerkingen:

  1. NaƤman was een grote krijgsman, maar leed aan huidvraat. Hij wist dat er in zijn wereld geen god was, maar zijn lijf riep om genezing. Hij zocht hulp bij koningen, maar die stuurden hem door. Hij werd vernederd, maar zijn lijf werd aangevreten, en hij probeerde dus toch te gehoorzamen...
    Alleen in de natuur kon hij de genade ontvangen waar hij zo om smachtte, terwijl ( dat staat niet in de tekst, maar een vermoeden : ) enkele mensen om zijn genezing baden.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Jawel Heer ik roep U aan om U te danken en te aanbidden! Luidkeels in de gezangen en soms stil ,mij neerknielend voor U God mijn God!

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Uw Aanschijn Heer tracht ik te zien,
    verberg U niet voor mij?
    Ik verlang de uwe te zijn,
    beschaam mijn vertrouwen.
    Laat mij nooit van U gescheiden worden.
    Los van U ben ik niets!

    BeantwoordenVerwijderen